25 maart 2015

Kotspaleis

Geregeld ervaren wij kortstondige momenten van jaloezie naar artiesten. Dat hebben wij al vaker gerant. Dat zullen wij nog vaker doen. Wij hebben de neiging om in herhaling te vallen, omdat wij nu eenmaal van het ruminerende type zijn. Wij hebben moeite met loslaten en dus zeuren wij herhaaldelijk over een handjevol thema's.
Die momenten van jaloezie op artiesten gaan niet over artistieke jaloezie, wij weten van onszelf dat wij inhoudelijk, artistiek én technisch vaak beter zijn dan die artiesten waar wij jaloers op zijn. En daar gaat het nou net om. De jaloezie in kwestie draait hem om het feit dat die artiesten in kwestie geen enkele zelf-kritsche reflex schijnen te hebben. Wij zijn jaloers op het feit dat die artiesten in kwestie onvoorwaardelijk in zichzelf en hun projecten geloven. Dat zij in staat zijn anderen daarmee te komen vervelen, er geld, tijd en administratieve hulp voor durven vragen. Dat zij het onredelijk vinden dat negenennegentig procent van de bevolking geen zin heeft om die artiest in kwestie met zijn wereldvreemde projecten te financieren met belastinggeld . Hoe weinig ook, elke centime is al teveel.  

Wij zijn jaloers op het vermogen daar verontwaardiging bij te voelen. Wij voelen die namelijk niet. In culturele middens faken we het geregeld, om onze job of geloofwaardigheid niet te verliezen, of gewoonweg om er bij te horen, dat is net zoals zeggen dat je vegetariër bent om kunstzinnig over te komen -  of juist tegenovergesteld zeer nadrukkelijk geen vegetariër zijn, maar dan alleen maar om artisanale charcuterieën afkomstig van authentieke Italiaanse marktjes die niemand anders weet zijn te consumeren. Of orgaanvlees.Of wild. Dat is ook hip. 
Afijn, wij voelen dus geregeld jaloezie en zovoort op dat vermogen om schaamteloos te bedelen bij jan en alleman en oprecht geloven dat de wereld daar beter van zal worden. 
Wij gaan zelf liever werken in de GB. Of in de Think Twice, bij een accountancykantoor of - meer recentelijk- in de culturele sector. Op zijn minst iets saais doen.  Geld verdienen oldskoolstyle.

Dat dit momenten van jaloezie oplevert hoeft niet te verbazen. Maar recentelijk ervoeren wij een kortstondig moment van jaloezie, van "Waarom vragen ze MIJ hier niet voor?" van verveling, van walging en ten slotte van opluchting. Omdat ik er geen deel van uitmaakte... De context van deze gevoelsophoping was een keurig gelobbyd evenement in het Sportpaleis alwaar wij werden getrakteerd op een vijf uur durende opeenvolging van middelmatige tot zeer slechte prestaties van ... poëten. Ook hier was duidelijk de zelf-kritische reflex bij elkeen compleet afwezig. 
Het heerschap Briers mag dan misschien enorm goed zijn in organisatorische prostitutie en lobbywerk, mijn respect verdwijnt steevast als sneeuw voor de zon wanneer een organisator zijn eigen egootje komt laten bestrelen door zelf op te treden. Surtout wanneer het poëtische gehalte zo van de Aldi is dat ze het evengoed Paëzie hadden kunnen noemen.

Lichtpuntjes van de avond waren Laurence Vielle, Dennis Bowé en een hele horde plastic namaaktheelichtjes.

Peter Holvoet Hanssen
Kleedt zich een beetje raar
Is tekstueel mwa mwa
En eigenlijk een godsdienstleraar

Wat mogelijkerwijs verward kan worden met jaloezie van mijnentwege, maar het dus helemaal niet is, is mijn onvermogen te snappen wat al die Knacklezers toch zien in Maud Van Hekjfkjdn something en andere dictieleerkrachtachtige poppemiekes. Ik heb heel aandachtig zitten luisteren, omdat ik nu eenmaal voorstander ben van meer vrouwen in de kunst, maar kon alleen maar bedenken dat het een schoon kind was. en waarschijnlijk ook een heel sympathieke.
Wij vinden het zeer jammer dat er van vrouwen ontzettend veel verwacht wordt, maar talent dus niet. Vrouw zijn is blijkbaar al voldoende.  Een mooie vrouw zijn is een meerwaarde. Goed zijn is niet echt belangrijk. Dat laten we aan de mannen over. Die schrijven dan gedichten over vrouwen die al of niet mooi zijn, maar altijd mysterieus. 

Over clichématige gedichten over vrouwen gesproken, we snappen niet goed wat er met Stijn Vranken gebeurd is, maar vermoedelijk heeft de jongen ten gevolge van het stadsdichterschap een burnout. Toegegeven, hij was al een one trick pony, maar ditmaal droop het bandwerk er zodanig af, dat hij misschien maar beter in een beschutte werkplaats aan de slag kan.  Meneer Vranken is best een fijne kerel, maar zijn sympathie noch zijn gespeelde dedain konden hier ook maar iets matig van brouwen.

Over dedain gesproken; Jan Ducheyne was er ook en Didi de Paris.
En nog veel meer matig tot zeer flauw poëtisch entertainment

Wat ons nog het meest verwondert van het ganse evenement is het hele waarom van de fucking set-up. We snapppen de gimmick. Ha ha . Iets kleins en intiems als poëzie in een commerciële stadionachtige context als het sportpaleis. Ha ha. Gisteren Lionel Richie, vandaag Elvis Peeters. Ha ha. Dat begrijpen we allemaal wel. Maar doe daar dan in godtsnaam iets mee. Speel met de omgeving, verspreid je over de ruimte. Zet het publiek op de plaats waar normaal het podium zou staan en laat de optredens in rondomrond gebeuren. IETS. en neen, niet elke vijf zinnen zeggen dat je in een uitverkocht sportpaleis staat. Dat niet. Dat is niet iets. Dat is flauw en bovendien een dikke leugen. Dat is een marketingtruc. en nog geen goeie ook. 

Een arena met 23 359 zitplaatse afbakenen om plaats te bieden aan 200 man en een paardekop waarvan  één derde op uitnodiging kwam, één derde zijn kaarten heeft gewonnen in de Knack en één derde - op zijn minst betalende - toeschouwers alleen maar kwam opdagen omdat ze familie/ vrienden waren van die jongen die de creatief schrijvenwedstrijd had gewonnen, 

DAT IS GEEN UITVERKOCHT SPORTPALEIS BITCHES
dat is flauwekul.
net zoals de hele programmatie.
Dus stop met er gans de avond flauwe moppen over te tappen. Niemand vond het leuk. Niemand heeft ook maar iéts aan  de hele avond gehad, behalve dan de organisator diens ego werd gestreeld en een handvol artiesten heeft er misschien een kleine vergoeding voor gekregen.

Wij lopen rond met de gedachte dat minstens vijf uur van ons leven voor altijd verdwenen zijn. 
Vijf uur die wij nooit meer zullen terugkrijgen.
Dat is dan ook de reden dat wij niet langer jaloers zijn, dat wij niet wensen deel uit te maken van de incestueuze artistieke entourage, niet alleen omdat we er niet mee geassocieerd willen worden, maar ook omdat we dan verlost zijn van de verplichting dit soort evenement niet alleen met regelmaat te bezoeken, maar ook enthousiast te spreken over de mededichters, de concullega's.
Immers, dat weten wij uit ervaring, wanneer je artiesten publiekelijk (ook dit blog is publiek, al zijn de lezersaantallen gering) met naam en toenaam uitdrukkelijk beledigt, wordt je niet meer gevraagd. Dan ben je niet meer leuk, en het mag geweten zijn dat in de kunst, zij het beeldende, theater, dans, muziek, poëzie of whatever,... het belangrijker is om een toffe gast te zijn, of een mooie lieve vrouw, dan om ook maar een greintje te vertellen te hebben.

Dus het kortstondige moment van jaloezie zaterdagavond maakte plaats voor opluchting, veel slechte witte wijn en als afsluiter:

Nog veel won ton uit de Sun wa

Geen opmerkingen: